Geschiedenis

 

 

 

 

Nadat IJsland was ontstaan is het lang onbewoond gebleven. Ze denken dat IJsland door de Romeinen ontdekt is, want er zijn Romeinse munten gevonden. De eerste mensen waarvan ze weten dat ze er echt woonden waren Ierse monniken. Later gingen die monniken weer weg, doordat de Vikingen kwamen. De Vikingen geloofden in heel veel goden en waren erg agressief.

 

Ongeveer in het jaar 874 ging een Noor in Reykjavik wonen. Hij heette Ingólfur Arnarson. Reykjavik ligt aan een baai in het zuidwesten van IJsland. Hij noemde Reykjavik zo, omdat hij overal rookpluimen zag en Reykjavik betekent ‘rookbaai’. De rookpluimen die hij zag, kwamen van de stoom van de warme bronnen. Veel andere Noren kwamen naar IJsland om er te wonen en er kwamen overal langs de kust nieuwe dorpen.  

 

Er moesten afspraken gemaakt worden, want niet iedereen kon gewoon zijn eigen gang maar blijven gaan. Daarom werd in 930 de volksraad ingevoerd en dat is een volksvertegenwoordiging. Er was niet 1 iemand die als enige de macht had, maar de macht lag bij het volk. IJsland werd verdeeld in vier regio’s met ieder drie volksraden. Dat duurde meer dan 4 eeuwen en elk jaar kwamen de grondeigenaars, handeldrijvers, boeren, krijgslieden en anderen bij elkaar om zaken te doen, om recht te spreken, om ruzies uit te vechten, om te trouwen, om nieuwe wetten te maken, nieuwtjes te vertellen en om nog veel meer te bespreken of te regelen. De wetten die ze hadden werden eerst alleen maar doorverteld. Pas in de 12de eeuw werden de wetten pas opgeschreven, toen de schrijfkunst naar IJsland kwam.

In het jaar 1000 koos de volksraad voor het christendom en ongeveer 50 jaar later kreeg IJsland zijn eerste bisschop. Daarna kreeg de volksraad steeds minder macht en kregen een paar Noorse families steeds meer macht en uiteindelijk viel IJsland onder de Noorse koning. Dat ging natuurlijk niet zonder dat er gevochten werd en het was de bloedigste periode van de geschiedenis van IJsland.

 

In de 14e eeuw gingen Noorwegen en Denemarken samen. De IJslanders moesten heel veel belasting betalen en de pest brak uit. Ze moesten ook naar het Lutherse geloof overstappen. Alleen Deense kooplui mochten nog handel drijven met IJsland. De IJslandse vis, wol en vlees werden voor een paar centen door de Denen gekocht, maar de IJslanders moesten voor de spullen die ingevoerd werden hele hoge prijzen betalen. Ondanks dat de IJslanders het  risico op een hoge straf liepen, handelden ze  toch met andere landen, ook met Nederland. Drop, peperkoek, suiker, koffie, tabak en nog veel meer werden geruild voor truien, sokken en wanten.

 

In de 18e eeuw ging een derde van de IJslanders dood aan een pokkenepidemie en er waren ook veel aardbevingen en vulkaanuitbarstingen, waardoor niet kon worden geoogst. Daardoor gingen nog meer mensen dood. Er waren plannen om de mensen die nog leefden naar Denemarken te brengen, maar dat is uiteindelijk toch niet gebeurd. Sinds die tijd werd de volksraad niet meer erkend.

 

In 1874 kreeg IJsland het recht van zelfbeschikking. Er werd wel een eigen grondwet opgesteld, maar de Denen bleven de baas in IJsland. In de tweede wereldoorlog was Denemarken bezet door de Duitsers en de Duitsers wilden eigenlijk ook IJsland beheersen, maar dat lukte niet omdat IJsland zo ver weg lag. IJsland wilde zich niet aansluiten bij de geallieerden. In het begin van de tweede wereldoorlog werd IJsland bezet door de Engelsen en later door de Amerikanen. Daardoor kregen IJslanders het best goed, want het leverde veel werk en geld op. Verder verdienen de IJslanders vooral geld met de visserij.

 

In 1944 werd IJsland een zelfstandig land. In 2009 heeft IJsland het lidmaatschap van de Europese Unie aangevraagd, maar in 2013 is de aanvraag teruggetrokken. IJsland is dus geen lid van de Europese Unie.